Inspanningstest

De test bestaat uit twee onderdelen namelijk de rustmeting en een inspanningstest.

Hoe groter het probleem, hoe belangrijker het meten van de uitgangssituatie wordt. Hiermee voorkom je onderschatting maar ook zeker overschatting van het probleem.

Rustmeting:

De rustmeting is een meting waarbij het lichaam in rust is.

Tijdens de rustmeting worden er ademhalingsoefeningen gedaan. Door de hartslag, hartslagvariabele, bloeddruk, ademfrequentie en zuurstofverzadiging continu te meten, geeft dit een behoorlijk goed beeld van iemands gezondheid op dat moment.

Inspanningstest:

De inspanningstest wordt afgenomen op een ergo testfiets, tijdens het fietsen wordt de belasting (wattage) steeds zwaarder. Tijdens de test wordt gekeken in welke mate je belasting aankunt en met welke hartslag je lichaam het meest in balans is. Er wordt gekeken naar de hartslag, de maximale hartslag, de ademhaling en waar het omslagpunt (anaerobe drempel) ligt.

Na de metingen en er meer inzicht verkregen is in de prestaties van de sporter, wordt alles nabesproken met je. Er wordt een aangepast traininsschema geschreven met de bijbehorende hartslag zones.